Zestig meter hoog. Daar staat Kees. Aan de verkeerde kant van de reling van het balkon.
Het ging al een paar weken niet goed, dat voelde Kees zelf ook wel. Maar toen de politie aanbelde, kon hij alleen maar denken: niet opnieuw! Geen psychiatrische opname meer. Hij was al zoveel kwijtgeraakt door die klote-ziekte. Dus barricadeerde hij de voordeur en stak de sleutel in het slot. ‘Als jullie binnenkomen, spring ik!’ Hij snelde naar het balkon en klom over de balustrade. De keten van gebeurtenissen die volgde was precies wat hij wilde voorkomen.
Het is half elf ’s avonds, als Kees’ echtgenoot mij belt. ‘De onderhandelaar van de politie vraagt of jij kan komen. Kees vertrouwt jou.’ Ik spring in de auto. Drie kwartier later sta ik in een stad die ik niet ken te overleggen met politie, twee onderhandelaars en het arrestatieteam dat klimmers paraat heeft. Het plan is dat ik contact met Kees probeer te maken vanaf een bovengelegen balkon zodat hij zo snel mogelijk uit die levensgevaarlijke positie komt.
‘Kees, ik ben het, Cassandra’. De verrassing als hij mijn stem hoort en mijn hoofd vier meter boven hem ontwaart, pakt goed uit. Ik kan contact leggen. Kees is zo uitgeput van twee uur balanceren boven de afgrond dat hij niet meer zelf over de reling kan klimmen. Twee leden van het arrestatieteam laten zich aan touwen langs de flatgevel zakken en brengen Kees in veiligheid. Als hij verkleumd en verslagen op de bank zit in het appartement, lijkt het manische beeld geluwd. Maar als zijn man een tas met toiletspullen, ondergoed en pyjama wil pakken, is die rust verdwenen. Kees neemt het over en pakt honderduit pratend een koffer alsof hij voor twee weken naar Ibiza vertrekt. Als hij eindelijk op de brancard klimt, bedankt hij alle hulpverleners in de gang persoonlijk. De ambulance brengt hem naar de Opvang Verwarde Personen (OVP) – een speciale gang in een politiebureau met cellen voor verwarde mensen. Daar zal de crisisdienst (CD) hem komen beoordelen.
Ik rij op de snelweg naar huis als mijn mobiel overgaat. De ambulancebroeder staat bij de OVP maar Kees mag daar niet blijven. Vooraf had de crisisdienst moeten bellen en hem aanmelden. Ik vloek. Ik had de politie daar nog op gewezen. Hij vraagt: ‘Kunt u misschien met de OVP bellen en het uitleggen?’
Iemand die manisch is, moet zo min mogelijk prikkels hebben en voldoende slaap. Het is twee uur geweest en Kees moet met medicatie in een bed onder zeil. Dus ik haal alles uit de kast wat ik in me heb. Vergeefs. Kees heeft anderhalf uur op de OVP gewacht maar moet volgens het protocol naar de spoedeisende hulp (SEH). Daar willen ze hem ook weg sturen, maar de ambulance kiest voor de tactiek van de voldongen feiten, dropt hem in de wachtkamer en vertrekt. Na twee uur wachten stelt de SEH-arts vast dat Kees op de verkeerde plek is. Hij is somatisch in orde en moet naar de OVP. Het duurt nog eens vier uur voor een ambulance beschikbaar is die hem daar weer aflevert. Het is inmiddels acht uur ’s morgens. Kees appt me foto’s van de cel waar hij moet wachten op de crisisdienst. Het is er stervenskoud. Slapen komt er dus nog steeds niet van. Begin van de middag komt de crisisdienst en na overleg met mij zoeken ze een opnameplek in een instelling. Zeventien uur nadat we Kees uit de levensgevaarlijke situatie hebben gered en vier verplaatsingen met de ambulance van kastjes naar muurtjes wordt hij opgenomen op een gesloten afdeling. Het is na zessen in de avond als hij daar aankomt.
Ik heb nooit hoofdpijn maar de dagen erna neem ik vier keer een paracetamol. Acht jaar werk ik in mijn eigen praktijk. Alles is hier beter dan bij de grote instellingen. Alleen de crisisdienst en het werken in een team, dat heb ik gemist. In de 360 graden feedback voor de IFMS schreef een collega: ‘ik zou de GGZ gunnen dat je daar weer gaat werken, je bent een teamplayer en een ster in complexiteit’. Toen ik op de snelweg naar huis reed, overwoog ik heel even of ik zou terugkeren.
Maar ik verdraag het niet.
Met gestoorde patiënten kan ik alles. Met gestoorde systemen helemaal niets.
Mooi dat Kees voorlopig gered is. Onverteerbaar wat daarna gebeurt. We leven in een land van regeltjes, protocollen enz. Je verdraagt het niet en dat moet zo blijven.
Maar hoe voorkom je dit soort problemen in regeltjesland? Die regeltjes, het is net als in de tuin, veel mooie bloemen maar als je niet oppast gaat het onkruid overheersen. (Misschien slaat dit als een tang op een varken, maar de intentie lijkt me duidelijk)
Ja Cassandra, dit is zoals t kan gaan met die systemen…. Thuisblijven bij jezelf is t beste wat je kan doen en dan doe je t juiste: in je auto springen om te kijken wat je vervolgens kan doen. Dank voor wie jij bent!
Het verhaal speelt zich als een film af in mijn hoofd. Wat mooi beeldend beschreven! En dan als uitsmijter de uiterst herkenbare woorden ‘…ik verdraag het niet’. Het blijft fijn dit ook van anderen te horen. Niet verdragen is eigenlijk best vaak heel gezond!!